De bibliotheek herbergt ook een jongerenplek: Oasis, die is geïnspireerd op een onderaardse wereld. Je vindt er grotelementen, boomwortels, hangplekken, een dansvloer en een groot scherm voor gaming of presentaties. En ook het CityLab, de maakplaats.
Diverse interieurfoto’s van Bibliotheek Nieuwegein.
Bibliotheek krijgt nieuwe jas en nieuwe naam
Bibliotheek De tweede verdieping kreeg een grondige make-over en een nieuwe naam: Bibliotheek Nieuwegein. Directeur-bestuurder Roel Zuidhof en architect Aat Vos van includi, verantwoordelijk voor het interieurontwerp, blikken terug op het transformatieproces én vertellen over het resultaat ervan. ‘Wij zijn supertrots!’
‘Een bruishuis voor alle Nieuwegeiners’
Nieuwe vestigingen / verbouwingen / architectuur
Tekst: Femke van den Berg • Foto’s: Marco Heyda / includi
Bibliotheekblad 1 • januari 2025
Van staal naar hout
Juist in die tijd reisde Aat Vos af naar Kim Nielsen, de oorspronkelijke architect. ‘Ik wilde hem er graag bij betrekken en heb daarom in Kopenhagen ons plan gepresenteerd’, vertelt hij. ‘Hij vond het idee van de kast mooi, maar zei ook: ‘Misschien mag er wel wat meer liefde in’. Waarop wij dachten: misschien moeten we dan voor hout kiezen. Dat is een warmer, maar ook goedkoper materiaal. Zo kwamen we op het idee van de Noorderlicht-boekenkasten.’ Dit zijn vrijstaande boekenkasten die vanaf de begane grond tot en met de tweede etage doorlopen en dus als het ware door het gebouw “meanderen”. Daarnaast bedacht includi nog Bazaars, die zijn gerealiseerd bij de wanden/buitengevel en waar je kunt ‘shoppen’ bij diverse functies in het Stadshuis. ‘Je vindt er bijvoorbeeld de spreekkamers van WIL’, zegt Vos. Hij gaat verder: ‘De ruimtes tussen de Bazaars noemen we de Parkjes. Deze zijn zacht gestoffeerd, met veel ronde vormen. Verder ontwierpen we, samen met jongeren en met dank aan Stonepark, nog een jongerenplek, Oasis, die is geïnspireerd op een onderaardse wereld. Je vindt er grotelementen, boomwortels, hangplekken, een dansvloer en een groot scherm voor gaming of presentaties. En ook het CityLab, de maakplaats.’
Interne werkgroep
De bibliotheek zat vanaf 2020, samen met WIL en de gemeente, in de stuurgroep die het hele traject begeleidde en onder leiding stond van de gemeentelijk projectleider. ‘Daarnaast waren er twee interne bibliotheekwerkgroepen’, zegt Zuidhof. ‘In de ene ging het over zaken als: de aanbesteding, het bekijken van tekeningen, keuzes rondom materiaal enzovoort. In de andere – “Lopend Vuurtje” geheten – ging het over de nieuwe manier van werken. We zouden immers van één naar drie vloeren gaan; we kregen maar liefst 3500 m2 tot onze beschikking. Dat betekende dat werkprocessen aangepast moesten worden. Denk alleen al aan de extra loopmeters die medewerkers per dag zouden gaan afleggen. Ook vroegen medewerkers zich af of bezoekers in de nieuwe opstelling hun materialen wel gemakkelijk zouden kunnen vinden. Ter inspiratie zijn werkgroepleden het hele land doorgetrokken om te zien hoe andere bibliotheken werken op meerdere verdiepingen.
Daarnaast waren er, om beter voorbereid te zijn op de nieuwe situatie, werkgroepen samengesteld met alle ‘huisgenoten’ met thema’s als: gastvrijheid & veiligheid, dienstverlening, gezamenlijke programmering, juridische zaken’, zo vertelt Zuidhof.
Gates en routes
Zuidhof geeft nog een voorbeeld van een verandering: ‘Onderdeel van de transformatie was dat we gingen werken met gates, zoals je die ook ziet op de luchthavens. De ene keer zit bijvoorbeeld WIL bij zo’n gate, de volgende keer de bibliotheek. Een balie kan dus “van kleur verschieten”. Dat past bij de integrale dienstverlening waar we met alle partijen naar streven. Maar voor medewerkers was dit idee aanvankelijk wel even wennen.’
Vos vult aan: ‘De gates hebben we geïntroduceerd om de mix van functies beter te maken. Daarnaast hebben we voor het Stadshuis twee routes ontworpen. De eerste is de Route of Dignity, de Waardigheidsroute.’ Hij licht toe: ‘We wilden ervoor zorgen dat bijvoorbeeld mensen die een uitkering komen aanvragen, op een waardige en makkelijke manier snel kunnen zien waar ze dat moeten doen. Daarom is er een helder bewegwijzeringssysteem aangebracht in het Stadshuis.’
Daarnaast is er een Route of Discovery, oftewel een ontdekkingsroute. ‘Deze is leuk voor mensen die gewoon een beetje willen rondstruinen en genieten.’
Zuidhof legt uit dat het Stadshuis niet alleen gebruikmaakt van “vaste” wegwijzers in de vorm van knooppunten, maar ook van digital signing. ‘Digitale schermen op een aantal strategische plekken informeren bezoekers over waar in het gebouw activiteiten en bijeenkomsten plaatsvinden. Ook is er aandacht voor activiteiten in Nieuwegein.’
Ingewikkeld en intensief
Nadat het project enige keren in een impasse was beland, onder meer door de coronapandemie en de oorlog in Oekraïne, lag er in 2021 dan toch een definitief ontwerp, dat in 2022 en 2023 werd aangepast aan de nieuwe financiële werkelijkheid. De daadwerkelijke verbouwing van (de onderste drie etages van) het Stadshuis ging in juli 2023 van start en was eind 2024 afgerond. Gedurende die hele periode bleef de bibliotheek, op een paar weken na, geopend. ‘Dat maakte het vreselijk ingewikkeld’, zegt Zuidhof eerlijk. ‘Sowieso is dit al met al een enorm intensief traject geweest, dat “al werkendeweg” pas echt vorm en inhoud heeft gekregen. Op de bibliotheekmedewerkers had dit een behoorlijke impact; er was lang veel onzekerheid. Gemeente en huurders wisten eigenlijk niet goed waaraan ze begonnen. En toen vielen de kosten ook nog hoger uit dan oorspronkelijk gedacht. Dat was best slikken voor Nieuwegein, maar de gemeenteraad is toch akkoord gegaan met een budgetverhoging.’
Veel reuring
Zuidhof vervolgt: ‘Gelukkig zijn alle inspanningen niet voor niets geweest, want het resultaat van de verbouwing is fantastisch! Ons Stadshuis ligt in de binnenstad, vlakbij winkelcentrum Cityplaza en heeft twee ingangen. Tegenwoordig ervaren mensen het pand als een verbindingsstraat, waar wat te zien is en je nog koffie kunt krijgen ook. Voorheen was op zaterdagen het Stadshuis zo goed als leeg. Nu zie je overal mensen lezen, studeren en meedoen met activiteiten. Het is hier een echt “bruishuis” geworden. De reacties van bezoekers en klanten op deze transformatie zijn enorm positief. En ook bibliotheekmedewerkers en -vrijwilligers zijn inmiddels steeds enthousiaster en vooral trots: trots dat er zo’n mooie ontmoetingsplek is in Nieuwegein.’
Samenwerking afstemmen
Zuidhof vertelt dat de huisgenoten van het Stadshuis van elkaars aanwezigheid profiteren. Hij geeft een voorbeeld: ‘Als ouders met kinderen uit het consultatiebureau komen, gaan ze over het Jonge Kind Plein van de bibliotheek. Daar zien ze de BoekStartkoffertjes waarover ze net hebben gehoord van de jeugdarts en kunnen wij hen verleiden om meteen een gratis jeugdabonnement af te sluiten.’
De directeur-bestuurder vertelt dat de zeven partnerorganisaties nu nog in werkgroepen nader afstemmen over hun samenwerking. Bijvoorbeeld over wie wat doet als een externe partij, zoals de Historische Kring Nieuwegein of de Alzheimervereniging, zich meldt voor het organiseren van een activiteit in het Stadshuis. Ook is er inmiddels een nieuwe gezamenlijke website, Stadshuisnieuwegein.nl van de verschillende huisgenoten, met daarop de activiteitenagenda.
Stijgende cijfers en sociale infrastructuur
Hoewel het nog te vroeg is om echt iets over ‘de cijfers’ te kunnen zeggen, verwacht Zuidhof een stijgende lijn: meer bezoekers, klanten, uitleningen en een grotere deelname aan activiteiten. ‘De eerste tekenen wijzen al in die richting.’ Vos: ‘Toch vind ik het belangrijk om te benoemen dat de Social Return on Investment veel verder gaat dan enkel het aantal uitleningen of bezoekers dat stijgt. Hiermee bedoel ik dat gebouwen als het vernieuwde Stadshuis sowieso een aanwinst zijn voor de samenleving.’ Hij verduidelijkt: ‘Laat me het begrip “sociale infrastructuur” introduceren: een plek in de samenleving waarin de gebouwen van de stad zich openen voor de mensen van de stad. Door de coronapandemie is heel erg duidelijk geworden hoe ontzettend belangrijk dergelijke ontmoetingsplekken voor burgers zijn. Live contact is onvervangbaar, daardoor neemt het geluksgevoel toe. En waar ontmoeten mensen elkaar nog in het hart van de samenleving? Die rol wordt steeds meer ingevuld door misschien de laatste laagdrempelige instelling: de bibliotheek, als belangrijke “derde plek”.’
Gezondere samenleving
Door zo’n plek te creëren, investeer je als gemeente in een gezondere en inclusievere samenleving, is de overtuiging van Vos. ‘Hoewel de gemeente Nieuwegein bij de prille start van dit project tien jaar terug misschien in de eerste plaats zocht naar manieren om het exploitatietekort te dichten, groeide het project uiteindelijk uit tot veel méér. We hebben met alle betrokkenen samen best baanbrekend werk geleverd. Daar mogen we enorm trots op zijn.’ Zuidhof vult aan: ‘Van een eenvoudige verbouwing werd dit een geweldige investering in de samenleving van Nieuwegein. Het resultaat mag er wezen!’
Citaten van bezoekers over de verbouwing
•‘Jeetje, wat is het mooi geworden! Niet normaal!’
•Een jongen van negen jaar die voor het eerst binnenkwam, bleef staan en riep: ‘WOW!’.
•Een echtpaar: ‘Vroeger is het zo een kale boel geweest. Nu is het erg mooi.’
•Een oudere man: ‘Wat is het veranderd hier. Gezellig!’
•’Het lijkt nu net een woonkamer. Heel gezellig!’
•’Mooie ruime en lichte ruimte. Fijn opgezet.’
•’De gang leeft meer en het is echt leuk ingericht.’
•’De uitstraling is heel huiselijk, warm en open. Leuke nisjes!’
•’Hele fijne plek geworden voor jongeren, topplek voor de studenten. Heel goed gedaan!’
•’Ik ben erg blij met de kinderafdeling. Mijn zoon heeft het erg naar zijn zin.’
Bibliotheek Nieuwegein is gevestigd in het Stadshuis. ‘Wie hier tegenwoordig binnenstapt, belandt in een aangename “huiskamer” met prachtige boekenkasten, kleden op de vloer, gezellige verlichting, warme kleuren, een gastvrije sfeer. Dit is een fantastische plek geworden voor alle Nieuwegeiners’, zegt Zuidhof, die sinds eind 2021 aan het roer staat van de bibliotheek. ‘Mensen kunnen hier bovendien echt iets beleven; in het Stadshuis zijn allerlei activiteiten. Ook kunnen ze er terecht voor diverse publieke diensten, want we delen dit gebouw met andere organisaties: de gemeente, Werk en Inkomen Lekstroom (WIL), de Jeugdgezondheidszorg van de GGD, het VrijwilligersHuis, Movactor (welzijnsinstelling) en KunstGein.’ Hij gaat verder: ‘Zo bruisend als het nu is, was het hier echter niet altijd. Het was een lange weg om dit te bereiken.’
Onderdeel van de openbare ruimte
Over die lange weg kan Aat Vos van includi veel vertellen. Alweer een jaar of tien terugkreeg zijn bureau van – toen nog – Bibliotheek De tweede verdieping de vraag om mee te denken over hoe het Stadshuis een impuls kon krijgen. ‘De gemeente kampte al vanaf de opening met een exploitatietekort’, vertelt Vos. ‘En de bedoeling van het pand kwam onvoldoende uit de verf.’ Vos vertelt dat het Stadshuis oorspronkelijk is ontworpen door de Deense architect Kim Nielsen van 3XN. ‘Hij beschouwde het gebouw als een onderdeel van de openbare ruimte. Dat kun je nog altijd zien, want de straatstenen lopen letterlijk van buiten door naar binnen. Alleen kwam die achterliggende gedachte eigenlijk in de praktijk helemaal niet tot uitdrukking. Zo zat de meest openbare huurder, de bibliotheek, “weggestopt” op de tweede etage. Vandaar ook die naam: De tweede verdieping.’
Functies husselen
Voorheen hadden de huurders van het Stadshuis elk hun eigen ‘eilandje’, in een omgeving die door bezoekers als formeel en afstandelijk werd ervaren, vertelt Vos. ‘Wij wilden juist toe naar een plek waar iedereen zich welkom en op z’n gemak zou voelen. Gaandeweg ontstond toen het idee om de verschillende huisgenoten “door elkaar heen te roeren”. Daarbij stelden we de vraag: wat is het meest openbare wat er in al die verschillende partijen zit? Zo is bijvoorbeeld een balie heel openbaar, een spreekkamer minder, een kantoor nog minder en een berging helemaal niet. Vervolgens zijn we de publieke functies gaan husselen door het gebouw. Eigenlijk op basis van het oorspronkelijke idee van 3XN: we wilden de meest openbare functies zo dicht mogelijk bij de straat realiseren.’
Workshops en participatietraject
Dit idee lag al in 2015 op tafel. Vos: ‘We gingen in gesprek met de betrokken partijen om te horen wat zij ervan vonden. Over de visie was men het snel eens. Maar toen duidelijk werd dat de eigen werkplekken gingen veranderen, werd het toch wat ingewikkelder...’
Om verder te komen in het proces organiseerden includi en andere betrokken adviseurs, zoals The Alignment House en Procap, een aantal ‘afstemmingsworkshops’. Vos: ‘Hierin vroegen we de huurders: wat hebben jullie nodig om dit idee goed te kunnen laten functioneren?’ Zuidhof: ‘Bibliotheekmedewerkers hebben toen onder meer wensen aangegeven met betrekking tot de vormgeving van diverse pleinen en plekken: Ontwikkelplein, Gezondheidsplein, Taalsalon.’
Vos: ‘Zo ontstond zicht op de verschillende behoeftes en het Programma van Eisen. Daarna zijn er, in 2017, diverse ontwerp-workshops geweest om voorontwerpen van includi te bespreken en bij te stellen. Bovendien is er nog een uitgebreid traject geweest met inwoners van Nieuwegein. We hebben hen vragen gesteld als: Wat zijn voor jullie kenmerken van een plek waar je je thuis voelt? Wat is voor jullie fijn?’
Eéndeurs-programma
In het ontwerp dat includi vervolgens maakte, zijn ook de opbrengsten uit deze participatierondes verwerkt, vertelt Vos. ‘In ons innovatieve plan zijn alle eendeurs-functies bij elkaar gebracht in een groot, verbindend gebied. Veel bibliotheekfuncties zijn in dit gebied terug te vinden.’
Hij geeft een toelichting: ‘De meeste publieke dienstverleners hebben hun openbare functie “achter de tweede deur”. Stel, je gaat naar de GGD. Dan kom je binnen in een gebouw en moet je ergens wachten, totdat je de spreekkamer in kunt gaan. De bibliotheek heeft het merendeel van haar functies echter direct achter de voordeur liggen. Veel van haar functies zijn dus meer openbaar dan die van overige huurders.’
Het eendeurs-programma bleek uiteindelijk groter dan de begane grond. ‘Daarom is het zoveel mogelijk gepositioneerd op de onderste drie verdiepingen, rondom de vide, het atrium. Het hart van het gebouw is dus het meest publieke deel geworden.’
Oorlog
De bibliotheek is nu verdeeld over de begane grond, eerste en tweede etage. Het ruimtelijke instrument dat includi koos om de verbinding tussen deze verdiepingen te creëren was: een grote stalen boekenkast. ‘Het oorspronkelijke idee was dat deze midden in het gebouw, in het atrium, zou komen te staan’, aldus Zuidhof. Vos vult aan: ‘We hadden die kast nodig om twee redenen. Ten eerste, om de media van de bibliotheek een plek te geven. Door ze in één object te concentreren, ontstond er meer ruimte voor de sociale functie van de bibliotheek. Daarnaast was de schaal van het gebouw heel groot; mensen voelden zich er nogal verloren. We hadden een tussenschaal nodig om de brug te kunnen slaan tussen dat hele grote gebouw en de intimiteit van de menselijke ontmoeting.’
De stalen boekenkast was een prachtig idee, vindt Zuidhof. ‘Maar toch is deze er nooit gekomen. Want de oorlog in Oekraïne gooide roet in het eten. Ineens rezen de staalprijzen de pan uit. Bovendien waren ook al twee stalen loopbruggen voorzien in het ontwerp. Toen moest er begrotingstechnisch wel iets gebeuren.’
De bibliotheek herbergt ook een jongerenplek: Oasis, die is geïnspireerd op een onderaardse wereld. Je vindt er grotelementen, boomwortels, hangplekken, een dansvloer en een groot scherm voor gaming of presentaties. En ook het CityLab, de maakplaats.
Diverse interieurfoto’s van Bibliotheek Nieuwegein.
Bibliotheek Nieuwegein is gevestigd in het Stadshuis. ‘Wie hier tegenwoordig binnenstapt, belandt in een aangename “huiskamer” met prachtige boekenkasten, kleden op de vloer, gezellige verlichting, warme kleuren, een gastvrije sfeer. Dit is een fantastische plek geworden voor alle Nieuwegeiners’, zegt Zuidhof, die sinds eind 2021 aan het roer staat van de bibliotheek. ‘Mensen kunnen hier bovendien echt iets beleven; in het Stadshuis zijn allerlei activiteiten. Ook kunnen ze er terecht voor diverse publieke diensten, want we delen dit gebouw met andere organisaties: de gemeente, Werk en Inkomen Lekstroom (WIL), de Jeugdgezondheidszorg van de GGD, het VrijwilligersHuis, Movactor (welzijnsinstelling) en KunstGein.’ Hij gaat verder: ‘Zo bruisend als het nu is, was het hier echter niet altijd. Het was een lange weg om dit te bereiken.’
Onderdeel van de openbare ruimte
Over die lange weg kan Aat Vos van includi veel vertellen. Alweer een jaar of tien terugkreeg zijn bureau van – toen nog – Bibliotheek De tweede verdieping de vraag om mee te denken over hoe het Stadshuis een impuls kon krijgen. ‘De gemeente kampte al vanaf de opening met een exploitatietekort’, vertelt Vos. ‘En de bedoeling van het pand kwam onvoldoende uit de verf.’ Vos vertelt dat het Stadshuis oorspronkelijk is ontworpen door de Deense architect Kim Nielsen van 3XN. ‘Hij beschouwde het gebouw als een onderdeel van de openbare ruimte. Dat kun je nog altijd zien, want de straatstenen lopen letterlijk van buiten door naar binnen. Alleen kwam die achterliggende gedachte eigenlijk in de praktijk helemaal niet tot uitdrukking. Zo zat de meest openbare huurder, de bibliotheek, “weggestopt” op de tweede etage. Vandaar ook die naam: De tweede verdieping.’
Functies husselen
Voorheen hadden de huurders van het Stadshuis elk hun eigen ‘eilandje’, in een omgeving die door bezoekers als formeel en afstandelijk werd ervaren, vertelt Vos. ‘Wij wilden juist toe naar een plek waar iedereen zich welkom en op z’n gemak zou voelen. Gaandeweg ontstond toen het idee om de verschillende huisgenoten “door elkaar heen te roeren”. Daarbij stelden we de vraag: wat is het meest openbare wat er in al die verschillende partijen zit? Zo is bijvoorbeeld een balie heel openbaar, een spreekkamer minder, een kantoor nog minder en een berging helemaal niet. Vervolgens zijn we de publieke functies gaan husselen door het gebouw. Eigenlijk op basis van het oorspronkelijke idee van 3XN: we wilden de meest openbare functies zo dicht mogelijk bij de straat realiseren.’
Workshops en participatietraject
Dit idee lag al in 2015 op tafel. Vos: ‘We gingen in gesprek met de betrokken partijen om te horen wat zij ervan vonden. Over de visie was men het snel eens. Maar toen duidelijk werd dat de eigen werkplekken gingen veranderen, werd het toch wat ingewikkelder...’
Om verder te komen in het proces organiseerden includi en andere betrokken adviseurs, zoals The Alignment House en Procap, een aantal ‘afstemmingsworkshops’. Vos: ‘Hierin vroegen we de huurders: wat hebben jullie nodig om dit idee goed te kunnen laten functioneren?’ Zuidhof: ‘Bibliotheekmedewerkers hebben toen onder meer wensen aangegeven met betrekking tot de vormgeving van diverse pleinen en plekken: Ontwikkelplein, Gezondheidsplein, Taalsalon.’
Vos: ‘Zo ontstond zicht op de verschillende behoeftes en het Programma van Eisen. Daarna zijn er, in 2017, diverse ontwerp-workshops geweest om voorontwerpen van includi te bespreken en bij te stellen. Bovendien is er nog een uitgebreid traject geweest met inwoners van Nieuwegein. We hebben hen vragen gesteld als: Wat zijn voor jullie kenmerken van een plek waar je je thuis voelt? Wat is voor jullie fijn?’
Eéndeurs-programma
In het ontwerp dat includi vervolgens maakte, zijn ook de opbrengsten uit deze participatierondes verwerkt, vertelt Vos. ‘In ons innovatieve plan zijn alle eendeurs-functies bij elkaar gebracht in een groot, verbindend gebied. Veel bibliotheekfuncties zijn in dit gebied terug te vinden.’
Hij geeft een toelichting: ‘De meeste publieke dienstverleners hebben hun openbare functie “achter de tweede deur”. Stel, je gaat naar de GGD. Dan kom je binnen in een gebouw en moet je ergens wachten, totdat je de spreekkamer in kunt gaan. De bibliotheek heeft het merendeel van haar functies echter direct achter de voordeur liggen. Veel van haar functies zijn dus meer openbaar dan die van overige huurders.’
Het eendeurs-programma bleek uiteindelijk groter dan de begane grond. ‘Daarom is het zoveel mogelijk gepositioneerd op de onderste drie verdiepingen, rondom de vide, het atrium. Het hart van het gebouw is dus het meest publieke deel geworden.’
Oorlog
De bibliotheek is nu verdeeld over de begane grond, eerste en tweede etage. Het ruimtelijke instrument dat includi koos om de verbinding tussen deze verdiepingen te creëren was: een grote stalen boekenkast. ‘Het oorspronkelijke idee was dat deze midden in het gebouw, in het atrium, zou komen te staan’, aldus Zuidhof. Vos vult aan: ‘We hadden die kast nodig om twee redenen. Ten eerste, om de media van de bibliotheek een plek te geven. Door ze in één object te concentreren, ontstond er meer ruimte voor de sociale functie van de bibliotheek. Daarnaast was de schaal van het gebouw heel groot; mensen voelden zich er nogal verloren. We hadden een tussenschaal nodig om de brug te kunnen slaan tussen dat hele grote gebouw en de intimiteit van de menselijke ontmoeting.’
De stalen boekenkast was een prachtig idee, vindt Zuidhof. ‘Maar toch is deze er nooit gekomen. Want de oorlog in Oekraïne gooide roet in het eten. Ineens rezen de staalprijzen de pan uit. Bovendien waren ook al twee stalen loopbruggen voorzien in het ontwerp. Toen moest er begrotingstechnisch wel iets gebeuren.’
Bibliotheek krijgt nieuwe jas en nieuwe naam
Bibliotheek De tweede verdieping kreeg een grondige make-over en een nieuwe naam: Bibliotheek Nieuwegein. Directeur-bestuurder Roel Zuidhof en architect Aat Vos van includi, verantwoordelijk voor het interieurontwerp, blikken terug op het transformatieproces én vertellen over het resultaat ervan. ‘Wij zijn supertrots!’
Bibliotheekblad 1 • januari 2025
‘Een bruishuis voor alle Nieuwegeiners’
Tekst: Femke van den Berg • Foto’s: Marco Heyda / includi
Nieuwe vestigingen / verbouwingen / architectuur
Van staal naar hout
Juist in die tijd reisde Aat Vos af naar Kim Nielsen, de oorspronkelijke architect. ‘Ik wilde hem er graag bij betrekken en heb daarom in Kopenhagen ons plan gepresenteerd’, vertelt hij. ‘Hij vond het idee van de kast mooi, maar zei ook: ‘Misschien mag er wel wat meer liefde in’. Waarop wij dachten: misschien moeten we dan voor hout kiezen. Dat is een warmer, maar ook goedkoper materiaal. Zo kwamen we op het idee van de Noorderlicht-boekenkasten.’ Dit zijn vrijstaande boekenkasten die vanaf de begane grond tot en met de tweede etage doorlopen en dus als het ware door het gebouw “meanderen”. Daarnaast bedacht includi nog Bazaars, die zijn gerealiseerd bij de wanden/buitengevel en waar je kunt ‘shoppen’ bij diverse functies in het Stadshuis. ‘Je vindt er bijvoorbeeld de spreekkamers van WIL’, zegt Vos. Hij gaat verder: ‘De ruimtes tussen de Bazaars noemen we de Parkjes. Deze zijn zacht gestoffeerd, met veel ronde vormen. Verder ontwierpen we, samen met jongeren en met dank aan Stonepark, nog een jongerenplek, Oasis, die is geïnspireerd op een onderaardse wereld. Je vindt er grotelementen, boomwortels, hangplekken, een dansvloer en een groot scherm voor gaming of presentaties. En ook het CityLab, de maakplaats.’
Interne werkgroep
De bibliotheek zat vanaf 2020, samen met WIL en de gemeente, in de stuurgroep die het hele traject begeleidde en onder leiding stond van de gemeentelijk projectleider. ‘Daarnaast waren er twee interne bibliotheekwerkgroepen’, zegt Zuidhof. ‘In de ene ging het over zaken als: de aanbesteding, het bekijken van tekeningen, keuzes rondom materiaal enzovoort. In de andere – “Lopend Vuurtje” geheten – ging het over de nieuwe manier van werken. We zouden immers van één naar drie vloeren gaan; we kregen maar liefst 3500 m2 tot onze beschikking. Dat betekende dat werkprocessen aangepast moesten worden. Denk alleen al aan de extra loopmeters die medewerkers per dag zouden gaan afleggen. Ook vroegen medewerkers zich af of bezoekers in de nieuwe opstelling hun materialen wel gemakkelijk zouden kunnen vinden. Ter inspiratie zijn werkgroepleden het hele land doorgetrokken om te zien hoe andere bibliotheken werken op meerdere verdiepingen.
Daarnaast waren er, om beter voorbereid te zijn op de nieuwe situatie, werkgroepen samengesteld met alle ‘huisgenoten’ met thema’s als: gastvrijheid & veiligheid, dienstverlening, gezamenlijke programmering, juridische zaken’, zo vertelt Zuidhof.
Gates en routes
Zuidhof geeft nog een voorbeeld van een verandering: ‘Onderdeel van de transformatie was dat we gingen werken met gates, zoals je die ook ziet op de luchthavens. De ene keer zit bijvoorbeeld WIL bij zo’n gate, de volgende keer de bibliotheek. Een balie kan dus “van kleur verschieten”. Dat past bij de integrale dienstverlening waar we met alle partijen naar streven. Maar voor medewerkers was dit idee aanvankelijk wel even wennen.’
Vos vult aan: ‘De gates hebben we geïntroduceerd om de mix van functies beter te maken. Daarnaast hebben we voor het Stadshuis twee routes ontworpen. De eerste is de Route of Dignity, de Waardigheidsroute.’ Hij licht toe: ‘We wilden ervoor zorgen dat bijvoorbeeld mensen die een uitkering komen aanvragen, op een waardige en makkelijke manier snel kunnen zien waar ze dat moeten doen. Daarom is er een helder bewegwijzeringssysteem aangebracht in het Stadshuis.’
Daarnaast is er een Route of Discovery, oftewel een ontdekkingsroute. ‘Deze is leuk voor mensen die gewoon een beetje willen rondstruinen en genieten.’
Zuidhof legt uit dat het Stadshuis niet alleen gebruikmaakt van “vaste” wegwijzers in de vorm van knooppunten, maar ook van digital signing. ‘Digitale schermen op een aantal strategische plekken informeren bezoekers over waar in het gebouw activiteiten en bijeenkomsten plaatsvinden. Ook is er aandacht voor activiteiten in Nieuwegein.’
Ingewikkeld en intensief
Nadat het project enige keren in een impasse was beland, onder meer door de coronapandemie en de oorlog in Oekraïne, lag er in 2021 dan toch een definitief ontwerp, dat in 2022 en 2023 werd aangepast aan de nieuwe financiële werkelijkheid. De daadwerkelijke verbouwing van (de onderste drie etages van) het Stadshuis ging in juli 2023 van start en was eind 2024 afgerond. Gedurende die hele periode bleef de bibliotheek, op een paar weken na, geopend. ‘Dat maakte het vreselijk ingewikkeld’, zegt Zuidhof eerlijk. ‘Sowieso is dit al met al een enorm intensief traject geweest, dat “al werkendeweg” pas echt vorm en inhoud heeft gekregen. Op de bibliotheekmedewerkers had dit een behoorlijke impact; er was lang veel onzekerheid. Gemeente en huurders wisten eigenlijk niet goed waaraan ze begonnen. En toen vielen de kosten ook nog hoger uit dan oorspronkelijk gedacht. Dat was best slikken voor Nieuwegein, maar de gemeenteraad is toch akkoord gegaan met een budgetverhoging.’
Veel reuring
Zuidhof vervolgt: ‘Gelukkig zijn alle inspanningen niet voor niets geweest, want het resultaat van de verbouwing is fantastisch! Ons Stadshuis ligt in de binnenstad, vlakbij winkelcentrum Cityplaza en heeft twee ingangen. Tegenwoordig ervaren mensen het pand als een verbindingsstraat, waar wat te zien is en je nog koffie kunt krijgen ook. Voorheen was op zaterdagen het Stadshuis zo goed als leeg. Nu zie je overal mensen lezen, studeren en meedoen met activiteiten. Het is hier een echt “bruishuis” geworden. De reacties van bezoekers en klanten op deze transformatie zijn enorm positief. En ook bibliotheekmedewerkers en -vrijwilligers zijn inmiddels steeds enthousiaster en vooral trots: trots dat er zo’n mooie ontmoetingsplek is in Nieuwegein.’
Samenwerking afstemmen
Zuidhof vertelt dat de huisgenoten van het Stadshuis van elkaars aanwezigheid profiteren. Hij geeft een voorbeeld: ‘Als ouders met kinderen uit het consultatiebureau komen, gaan ze over het Jonge Kind Plein van de bibliotheek. Daar zien ze de BoekStartkoffertjes waarover ze net hebben gehoord van de jeugdarts en kunnen wij hen verleiden om meteen een gratis jeugdabonnement af te sluiten.’
De directeur-bestuurder vertelt dat de zeven partnerorganisaties nu nog in werkgroepen nader afstemmen over hun samenwerking. Bijvoorbeeld over wie wat doet als een externe partij, zoals de Historische Kring Nieuwegein of de Alzheimervereniging, zich meldt voor het organiseren van een activiteit in het Stadshuis. Ook is er inmiddels een nieuwe gezamenlijke website, Stadshuisnieuwegein.nl van de verschillende huisgenoten, met daarop de activiteitenagenda.
Stijgende cijfers en sociale infrastructuur
Hoewel het nog te vroeg is om echt iets over ‘de cijfers’ te kunnen zeggen, verwacht Zuidhof een stijgende lijn: meer bezoekers, klanten, uitleningen en een grotere deelname aan activiteiten. ‘De eerste tekenen wijzen al in die richting.’ Vos: ‘Toch vind ik het belangrijk om te benoemen dat de Social Return on Investment veel verder gaat dan enkel het aantal uitleningen of bezoekers dat stijgt. Hiermee bedoel ik dat gebouwen als het vernieuwde Stadshuis sowieso een aanwinst zijn voor de samenleving.’ Hij verduidelijkt: ‘Laat me het begrip “sociale infrastructuur” introduceren: een plek in de samenleving waarin de gebouwen van de stad zich openen voor de mensen van de stad. Door de coronapandemie is heel erg duidelijk geworden hoe ontzettend belangrijk dergelijke ontmoetingsplekken voor burgers zijn. Live contact is onvervangbaar, daardoor neemt het geluksgevoel toe. En waar ontmoeten mensen elkaar nog in het hart van de samenleving? Die rol wordt steeds meer ingevuld door misschien de laatste laagdrempelige instelling: de bibliotheek, als belangrijke “derde plek”.’
Gezondere samenleving
Door zo’n plek te creëren, investeer je als gemeente in een gezondere en inclusievere samenleving, is de overtuiging van Vos. ‘Hoewel de gemeente Nieuwegein bij de prille start van dit project tien jaar terug misschien in de eerste plaats zocht naar manieren om het exploitatietekort te dichten, groeide het project uiteindelijk uit tot veel méér. We hebben met alle betrokkenen samen best baanbrekend werk geleverd. Daar mogen we enorm trots op zijn.’ Zuidhof vult aan: ‘Van een eenvoudige verbouwing werd dit een geweldige investering in de samenleving van Nieuwegein. Het resultaat mag er wezen!’
Citaten van bezoekers over de verbouwing
•‘Jeetje, wat is het mooi geworden! Niet normaal!’
•Een jongen van negen jaar die voor het eerst binnenkwam, bleef staan en riep: ‘WOW!’.
•Een echtpaar: ‘Vroeger is het zo een kale boel geweest. Nu is het erg mooi.’
•Een oudere man: ‘Wat is het veranderd hier. Gezellig!’
•’Het lijkt nu net een woonkamer. Heel gezellig!’
•’Mooie ruime en lichte ruimte. Fijn opgezet.’
•’De gang leeft meer en het is echt leuk ingericht.’
•’De uitstraling is heel huiselijk, warm en open. Leuke nisjes!’
•’Hele fijne plek geworden voor jongeren, topplek voor de studenten. Heel goed gedaan!’
•’Ik ben erg blij met de kinderafdeling. Mijn zoon heeft het erg naar zijn zin.’